Vertekening is het gevolg van een niet helemaal geslaagde correctie bij het ontwerp van een objectief. DE twee richtingen die de afwijking kent zijn tonvormig, waar een vierkant op de foto een beetje bol gaat staan, en kussenvormig, waar de randen van een vierkant juist naar binnne buigen. Bij zoom-objectieven verloopt de vertekening vaak bij het veranderen van de brandpuntsafstand. Toch is het een afwijking die van beperkt belang is omdat het tegenwoordig erg eenvoudig is om de vertekening achteraf met behulp van software te corrigeren. Het is voor de ontwerpers van een objectief een afweging: als de vertekening helemaal gecorrigeerd wordt, welke andere fouten worden dan juist minder goed weggewerkt? En wanneer die andere fouten achteraf moeilijk te verwijderen zijn is het handiger om dan maar wat vertekening over te houden. Daarbij spelen naast technische ook financiële argumenten een rol. Wel is het zo dat je bij de moderne camera’s met extreem hoge resolutie kunt zien dat de scherpte heel minimaal afneemt als gevolg van een dergelijke correctie. Maar zoals gebruikelijk, soms is de winst groter dan het verlies. Bij portretten kun je deze afwijking niet zien en dus gewoon laten zitten. Bij foto’s van gebouwen ligt dat andersom.
Veel camera’s bieden de mogelijkheid om deze correctie al in de camera uit te laten voeren. Dat heeft alleen effect op de JPEG-bestanden die je maakt, bij RAW-bestanden zal het altijd achteraf gedaan moeten worden. Het is mogelijk de software voor het verwerken van de RAW-bestanden zo in te stellen dat de correctie altijd bij elke foto automatisch wordt toegepast.
In de ontwikkelmodule van Lightroom en CameraRAW vind je de lenscorrecties waar twee verschillende keuzes zijn, naast een aantal handmatige opties. Met het inschakelen van het lensprofiel wordt de vertekening gecorrigeerd samen met de lichtafval naar de hoeken. Die correcties worden gedaan op basis van metingen aan opnames die met het betreffende objectief gemaakt zijn. Ze zijn in een hulpbestandje opgeslagen. Het ligt erg voor de hand deze correctie altijd automatisch uit te laten voeren. De software herkent het gebruikte objectief en kiest het bijpassende lensprofiel dat de juiste correcties bevat.
Er is nog een andere vorm van vertekening, maar die is het gevolg van de manier waarop objectieven werken en waar dan ook geen correctie op mogelijk is. Misschien is die correctie ook wel niet gewenst. De vertekening is vooral goed te zien in het verschil in grootte waarmee zaken die op een verschillende afstand van elkaar staan op de foto worden afgebeeld.
Met een groothoekobjectief worden mensen en dingen dichtbij relatief veel groter afgebeeld dan mensen en dingen die verder weg staan. Wanneer je met deze twee soorten objectieven dezelfde scène vastlegt waarbij je dat met het teleobjectief van een grotere afstand doet krijg je een heel andere foto. Om deze vorm van vertekening te voorkomen moet je een standaard-objectief gebruiken. Deze vertekening leent zich wel goed voor effectbejag.
Deze vorm van vertekening wordt soms zelfs wel als ‘manipulatie’ aangeduid om aan te geven hoe groot de invloed van het gekozen objectief om de foto te maken is op het gevoel dat de foto oproept.
Het begrip perspectief wordt ook wel gebruik voor het resultaat van een standpunt, zoals kikkerperspectief of vogelperspectief, maar dat begrip perspectief hoort niet tot de vertekeningen, net zo min als het algemene begrip perspectief uit de kunstgeschiedenis.